Bijbeluur 8 mei 2022 - Uw Koninkrijk

 

Mattheüs 6: 9-15.     Thema: ‘Uw Koninkrijk’

9 Gij dan, bidt aldus: Onze Vader, Die in de hemelen zijt, Uw Naam worde geheiligd.

10 Uw Koninkrijk kome. Uw wil geschiede, gelijk in den hemel, alzo ook op de aarde.

11 Geef ons heden ons dagelijks brood.

12 En vergeef ons onze schulden, gelijk ook wij vergeven onzen schuldenaren.

13 En leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van den boze. Want Uw is het Koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid, in der eeuwigheid. Amen.

14 Want indien gij den mensen hun misdaden vergeeft, zo zal uw hemelse Vader ook u vergeven.

15 Maar indien gij den mensen hun misdaden niet vergeeft, zo zal ook uw Vader uw misdaden niet vergeven.

Vragen en stellingen bijbeluur

Het ‘eens-zijn’ met Gods regering is ook voor Gods kinderen soms moeilijk. Hoe zou dit komen?

  1. Waar begint het Koninkrijk van God? (Johannes 3:15 en Kolossenzen 1:13,14) 
  2.  In de Bijbel wordt op verschillende manieren over Gods Koninkrijk
     gesproken: het Koninkrijk van Gods almacht of van de schepping en natuur, en
     het Koninkrijk der genade of der hemelen. Welk Koninkrijk wordt in deze bede
     bedoeld? Hoe staan deze Koninkrijken met elkaar in verband? (Genesis 3)
  3. Hoe en wanneer word je lid van Zijn Koninkrijk?
      

Stellingen
 1. De Heere richt zelf Zijn Koninkrijk op. Wij hoeven niets te doen. Het is immers Zijn Kerk.

 2. Als je lid bent geworden van Zijn Koninkrijk, hoef je je geen zorgen meer te maken.