Bijbeluur 8 januari 2023 - Opnieuw beginnen

 

Opnieuw beginnen

Johannes 3:1-11

1 En er was een mens uit de Farizeën, wiens naam was Nicodemus, een overste der Joden;

2 Deze kwam des nachts tot Jezus, en zeide tot Hem: Rabbi, wij weten, dat Gij zijt een Leraar van God gekomen; want niemand kan deze tekenen doen, die Gij doet, zo God met hem niet is.

3 Jezus antwoordde en zeide tot hem: Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Tenzij dat iemand wederom geboren worde, hij kan het Koninkrijk Gods niet zien.

4 Nicodemus zeide tot Hem: Hoe kan een mens geboren worden, nu oud zijnde? Kan hij ook andermaal in zijner moeders buik ingaan, en geboren worden?

5 Jezus antwoordde: Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Zo iemand niet geboren wordt uit water en Geest, hij kan in het Koninkrijk Gods niet ingaan.

6 Hetgeen uit het vlees geboren is, dat is vlees; en hetgeen uit den Geest geboren is, dat is geest.

7 Verwonder u niet, dat Ik u gezegd heb: Gijlieden moet wederom geboren worden.

8 De wind blaast, waarheen hij wil, en gij hoort zijn geluid; maar gij weet niet, van waar hij komt, en waar hij heen gaat; alzo is een iegelijk, die uit den Geest geboren is.

9 Nicodemus antwoordde en zeide tot Hem: Hoe kunnen deze dingen geschieden?

10 Jezus antwoordde en zeide tot hem: Zijt gij een leraar van Israël, en weet gij deze dingen niet?

11 Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Wij spreken, wat Wij weten, en getuigen, wat Wij gezien hebben; en gijlieden neemt Onze getuigenis niet aan.

 

 

 

 

 

 

 

Vragen:

  1. Heb je opmerkingen/vragen n.a.v. de toespraak over het thema

‘Opnieuw beginnen’ of over het Bijbelgedeelte?

  1. Wanneer is volgens jou het leven mislukt of geslaagd?

  1. Wat leren wij van de manier waarop Nicodemus en Jezus de Schrift (Bijbel) benaderen?

  1. Door het Evangelie van Jezus Christus wordt een mens uitgeschakeld. Of toch niet? Lees hierbij ook de onderstaande belijdenis uit de Dordtse Leerregels: (H.3/4, par.12)

De Heilige Geest werkt de wedergeboorte in een mens

Dit is die wedergeboorte, die vernieuwing, nieuwe schepping, opwekking uit de doden en levendmaking, waarover zo heerlijk in de Schrift gesproken wordt.

God werkt die zonder ons in ons.

Zij wordt niet alleen tot stand gebracht door middel van de uiterlijke prediking

of door een zacht aandringen.

Ook is het niet zo dat als God Zijn werk in de mens verricht heeft,

deze dan zelf nog het vermogen heeft om wedergeboren of niet wedergeboren te worden, bekeerd of niet bekeerd te worden.

Maar deze wedergeboorte is een geheel bovennatuurlijke en zeer krachtige

en tegelijk zeer liefdevolle, wonderlijke, verborgen en onuitsprekelijke werking,

die in kracht niet minder of geringer is dan de schepping of opwekking uit de doden.

Hiervan getuigt de Schrift, die geïnspireerd is door dezelfde God Die deze wedergeboorte bewerkt.

Zo worden allen bij wie God op deze wonderbare wijze in hun hart werkt, volstrekt zeker en met kracht wedergeboren en geloven zij daadwerkelijk.

Dan wordt hun wil die vernieuwd is, niet alleen door God aangezet en bewogen,

maar als hij door God bewogen is, werkt hij ook zelf mee.

Daarom wordt ook terecht gezegd dat de mens door de genade, die hij ontvangen heeft, gelooft en zich bekeert.