Bijbeluur 20 november 2022 - Ontmoeting in de stilte

 

Ontmoeting in de stilte

1 Koningen 19:9-21

9 En hij kwam aldaar in een spelonk, en vernachtte aldaar; en ziet, het woord des HEEREN geschiedde tot hem, en zeide tot hem: Wat maakt gij hier, Elia?

10 En hij zeide: Ik heb zeer geijverd voor den HEERE, den God der heirscharen; want de kinderen Israëls hebben Uw verbond verlaten, Uw altaren afgebroken en Uw profeten met het zwaard gedood; en ik alleen ben overgebleven, en zij zoeken mijn ziel, om die weg te nemen.

11 En Hij zeide: Ga uit, en sta op dezen berg, voor het aangezicht des HEEREN. En ziet, de HEERE ging voorbij, en een grote en sterke wind, scheurende de bergen, en brekende de steenrotsen, voor den HEERE henen; doch de HEERE was in den wind niet; en na dezen wind een aardbeving; de HEERE was ook in de aardbeving niet;

12 En na de aardbeving een vuur; de HEERE was ook in het vuur niet; en na het vuur het suizen van een zachte stilte.

13 En het geschiedde, als Elia dat hoorde, dat hij zijn aangezicht bewond met zijn mantel, en uitging, en stond in den ingang der spelonk. En ziet, een stem kwam tot hem, die zeide: Wat maakt gij hier, Elia?

14 En hij zeide: Ik heb zeer geijverd voor den HEERE, den God der heirscharen; want de kinderen Israëls hebben Uw verbond verlaten, Uw altaren afgebroken en Uw profeten met het zwaard gedood; en ik alleen ben overgebleven, en zij zoeken mijn ziel, om die weg te nemen.

15 En de HEERE zeide tot hem: Ga, keer weder op uwe weg, naar de woestijn van Damaskus; en ga daar in, en zalf Hazaël ten koning over Syrië.

16 Daartoe zult gij Jehu, den zoon van Nimsi, zalven ten koning over Israël; en Elisa, den zoon van Safat, van Abel-mehola, zult gij tot profeet zalven in uw plaats.

17 En het zal geschieden, dat Jehu hem, die van het zwaard van Hazaël ontkomt, doden zal; en die van het zwaard van Jehu ontkomt, dien zal Elisa doden.

18 Ook heb Ik in Israël doen overblijven zeven duizend, alle knieën, die zich niet gebogen hebben voor Baäl, en allen mond, die hem niet gekust heeft.

19 Zo ging hij van daar, en vond Elisa, den zoon van Safat; dezelve ploegde met twaalf juk runderen voor zich henen, en hij was bij het twaalfde; en Elia ging over tot hem, en wierp zijn mantel op hem.

20 En hij verliet de runderen, en liep Elia na, en zeide: Dat ik toch mijn vader en mijn moeder kusse, daarna zal ik u navolgen. En hij zeide tot hem: Ga, keer weder; want wat heb ik u gedaan?

21 Zo keerde hij weder van achter hem af, en nam een juk runderen, en slachtte het, en met het gereedschap der runderen zood hij hun vlees, hetwelk hij aan het volk gaf; en zij aten. Daarna stond hij op, en volgde Elia na, en diende hem.

Vragen:

  1. Heb je opmerkingen/vragen n.a.v. de toespraak over het thema

‘Ontmoeting in de stilte’ of over het Bijbelgedeelte?

  1. God gaf bijzondere en krachtige tekenen aan Elia: een storm, een aardbeving, vuur en daarna een zachte stilte.
  • Kun je dit vergelijken met de manier waarop Gods Geest werkt in mensen?

  1. Elia moet Hazaël en Jehu tot koning zalven. Dit waren geen mannen die God dienden. Toch gebruikte God hen.
  • Ken je meer voorbeelden in de Bijbel dat God dit doet?
  • Doet God dit nog steeds?
  • Welke les ligt hierin?

  1. In Romeinen 11 bewijst Paulus dat de Joden niet door God zijn verworpen maar dat Zijn volk een bijzondere plaats heeft in Gods reddingsplan. Hij verwijst dan o.a. naar de geschiedenis van Elia en dat God zegt dat er nog 7000 mannen zijn die hun knieën niet voor Baäl buigen.
  • Ligt in 1 Koningen 19:18 en Romeinen 11:4 ook een bemoediging voor onze tijd? Zo ja, welke?